MORD INTERVIEW: “LABELEIGENAAR BAS MOOY BLIJFT BROODNUCHTER ONDER SUCCES MORD”

MORD Records is momenteel een van de grootste technolabels van Nederland. Met labelnights in de Berghain en La Machine de Moulin Rouge in Parijs heeft Bas Mooy het tot de absolute top geschopt. Toch blijft hij zelf erg nuchter onder het succes van dit alles. Ik sprak met hem over het plotselinge succes, de keerzijdes van ditzelfde succes en zijn visie op de hedendaagse techno.

Interview door: Jesse Moes

Hi Bas, bedankt voor je tijd! Je vliegt straks alweer naar Stockholm toe begreep ik?

Ja klopt, we doen daar een MORD labelnight in Slakthuset, een oud slachthuis omgebouwd tot club en ik ga natuurlijk even checken bij Douwe Bob, haha. Nee, daarna vlieg ik door naar Italië, en dan is het wel weer genoeg geweest voor dit weekend. Maar ik mag niet klagen hoor, ik vind het allemaal heel erg leuk om te doen.

Ja even over MORD ook, het label zit momenteel qua populariteit enorm in de lift. Maar waar staat het precies voor? Welke sound en visie wil je ermee uitdragen?

Ik wilde al heel lang weer zelf alle touwtjes in handen hebben. Met mijn vorige project Audio Assault met Jeroen Liebregts (Radial) moest ik toch vaak compromissen sluiten. Dat is logisch, maar ik wilde iets voor mezelf. Het idee voor MORD heeft zo’n twee jaar op de plank gelegen, omdat ik een enorme druk op mezelf gelegd had door het feit dat ik zelf de eerste release wilde doen. Totdat ik op een gegeven moment dacht ‘Fuck it, ik hoef die eerste release helemaal niet zelf te doen’. Ik geef eerst een aantal andere artiesten de ruimte zodat de sound heel divers wordt, en dan is mijn release niet meer zozeer de release die de sound meteen definieert.

Wanneer je zelf de eerste plaat uitbrengt, wordt dat door een hoop mensen waarschijnlijk toch direct gezien als de sound van je label en dat is een valkuil. MORD is puur mijn persoonlijke smaak en die is in mijn ogen behoorlijk breed, ik ga niet mee in wat ‘hot’ is en release alleen wat ik zelf goed vind, zonder te veel bezig te zijn binnen een bepaalde bandbreedte te blijven. Er is ruimte voor de wat grotere artiesten, maar ik streef aan de andere kant ook naar iets wat ik altijd in al mijn projecten heb gedaan: jong talent een platform bieden. Zo heb ik jongens als Ansome een kans kunnen geven, omdat ik het gewoon heel tof vond waar hij mee bezig was en het anders was dan wat ik daarvoor gereleased had.

Misschien is UVB nog wel het grootste voorbeeld wat dat betreft. Hij debuteerde vanuit het niets op MORD en is daarna heel hard gegaan, mede door zijn monsterhit ‘Mixtion’, maar ik kon hem ook de ruimte geven om zijn sound meer te definiëren, onder andere door hem een album te laten doen, waarbij hij ‘carte blanche’ van me kreeg. Het is super tof om te zien dat zulke jongens zoveel succes hebben op dit moment. MORD is ondertussen de status van ‘springplank-platform’ wel ontstegen denk ik, maar dat stukje zou ik nooit kwijt willen. Ik vind jong talent hartstikke belangrijk en blijf altijd op zoek naar nieuwe talentvolle mensen.

Waar komt denk je de plotselinge interesse voor kwaliteitstechno vandaan?

Om eerlijk te zijn zou ik het echt niet weten. Ik zit al een jaartje of 18 in de scene en merk dat er wel een cyclus is, dus waarschijnlijk zitten we weer in het deel van de cyclus waar hardere stijlen weer meer aantrekkingskracht hebben. Eerst werd er heel hard gedraaid, toen kwam de een periode van de minimale meuk en nu is de wat hardere sound weer booming. Ik draai zelf de laatste jaren ook weer wat harder, je eigen sound ontwikkelt zich in de jaren ook langzaam weer, niet eens heel bewust denk ik. Mensen zijn op een gegeven moment uitgekeken op een bepaalde sound, en dat wordt er plaats gemaakt voor een nieuwe richting, de ene keer wat subtieler dan de andere keer. Hoe langer je in deze scene meedraait, hoe meer je ziet hoe het werkt.

Vooral in de periode van de minimal vielen er rake klappen en zag ik met pijn in mijn hart hoe de ene na de andere dj overstapte en techno de rug toekeerde. Op een gegeven moment waren er nog maar weinig mensen die nog geloofden in de hardere techno, dat was frustrerend, maar ik ben blij dat we hebben vastgehouden aan ons idee hoe techno hoort te zijn. Voor loyaliteit en hard werken wordt je dus kennelijk uiteindelijk toch beloond. De stevigere techno is weer steeds populairder aan het worden en de scene groeit heel hard op dit moment.

Is daaraan ook het succes van MORD te danken?

Ja dat denk ik deels wel. Wanneer je dit misschien een paar jaar eerder had gedaan werd het misschien heel anders ontvangen. Volgens mij was het ‘de grote filosoof’ René van der Gijp, die een keer op tv zei: “Succes wordt bepaald door twee dingen. Het eerste is talent en het tweede is geluk. En laten dat nou net de dingen zijn waar je zelf geen enkele invloed op hebt.” Daarnaast kun je voornamelijk alleen maar gewoon heel erg hard je best doen. Ik heb de afgelopen jaren heel erg hard gewerkt. Ik wilde met MORD vooral heel erg weg van het technosnobisme en een signaal afgeven. Je hebt van die cirkeltjes mensen en daar komt niemand tussen en dan roepen ze: “Dit is te plat, dat is te hard, niet credible genoeg.” Dan vergeet je gewoon waar het helemaal om gaat. Het moet puur om het plezier in de muziek blijven draaien, dat simpele aspect is tegenwoordig soms ver te zoeken.

Dat is denk ik ook wat mensen ook zo kunnen waarderen aan het label, ik probeer niet te veel in hokjes te denken en ben zeker niet bezig of artiesten credible genoeg zijn. Als het goed is, is het goed, dan boeit het mij niet of ik een demo krijg van een nieuwe artiest of een grote naam, gelijke kansen voor iedereen.

Even tussendoor, hoe ben je eigenlijk op de naam gekomen?

De naam MORD is afgeleid van het Poolse woord Morderstwo. ‘Morderstwo’ is de afstudeerfilm van Roman Polanski uit 1957. De film duurt 2 minuutjes ofzo en er valt niet heel veel over te zeggen. Een man loopt een kamer in en vermoord iemand met een mes en vertrekt, that’s it. Maar die hele donkere en rauwe vibe die erom heen hing pakte me. Eerst heette het label letterlijk ‘Morderstwo’, alleen dat was te lang en niet pakkend genoeg. Bij een aantal interviews waar ik de naam voor het eerst noemde, bleef het niet hangen, wat misschien niet heel handig is als je een nieuwe naam wil lanceren. Een vriend van me zei: ‘Waarom niet gewoon MORD dan, kort en krachtig. De rest is geschiedenis.

Jullie stonden laatst ook in Berghain, hoe was dat?

Ja dat was heel tof. Die stond natuurlijk wel bovenaan m’n wishlist toen we begonnen met het lanceren van de labelnights en wanneer ze jou dan vragen voor een labelnight is dat wel heel vet. Vooral als je daarna dan voor de tweede keer mag terugkomen met een nog grotere line up is dat een bevestiging dat je goed bezig bent. Kijk, ik wil nu niet heel interessant gaan doen, maar Berghain is in die zin misschien dan wel een soort graadmeter voor je label. En het toffe vond ik dat ze niet de grootste namen wilden die hadden gereleased op MORD, maar juist de jongens die er dichtbij stonden: Ansome, Charlton, UVB enz. Het is ook  tof dat je gewoon vier uur de tijd krijgt om een set doen, die ruimte is er niet vaak als je met veel artiesten een labelnight doet. En geluidstechnisch is alles daar natuurlijk super geregeld. Ik dacht er zelf nog aan om die avond weer een keertje met vinyl te draaien, dat mis ik soms toch wel heel erg.

Heb je dat uiteindelijk niet gedaan?

Nee, dan wordt het weer zo’n ding ofzo. Vroeger draaide je alleen maar met vinyl, dat was gewoon hoe het ging, er waren geen andere opties. Met de komst van het digitale dj-en werd steeds lastiger omdat veel clubs langzamerhand steeds minder aandacht hadden voor de kwaliteit van de set up etc. Ik heb een flinke tijd met laptop gedraaid, omdat dat ook iets was waar ik op een gegeven moment echt in geloofde, het bood nieuwe mogelijkheden en ik vond het in het begin ook echt iets toevoegen. Maar op een bepaald moment begon het me tegen te staan, elke keer geklooi met aansluiten, terwijl een andere artiest nog bezig is, de technische problemen.

Daarnaast merkte ik dat ik langzaam het plezier in draaien begon kwijt te raken. Ik heb op een bepaald moment mijn decks weer in de studio neergezet en ben gewoon weer ouderwets een paar uur plaatjes gaan draaien en dat voelde weer zo ontzettend goed.  Helaas is draaien met vinyl nog steeds iets wat ook weer heel veel technische issues met zich meebrengt. De paar jongens, die veel draaien en met vinyl draaien hebben zo vaak problemen. De meeste mensen om me heen begonnen over te stappen van laptop naar CDJ’s en na een paar keer uitproberen was ik er al heel snel uit dat dit voor mij toch wel redelijk in de buurt kwam van het draaien met vinyl.

Wilde je altijd voor de muziek gaan?

Vroeger wilde ik heel graag schrijver worden, daar lag echt mijn passie. Ik lees nog steeds heel veel en werd gegrepen door literatuur toen ik in op de middelbare school in aanraking kwam met schrijvers als Arnon Grunberg en Bukowski. Maar ook boeken als ‘Gimmick’ van Joost Zwagerman vond ik toen echt heel tof. Misschien was het ook wel de hele romantiek van het schrijverschap dat me ook aantrok toen. Toen ik ging studeren heb ik veel geschreven, maar ik was in die tijd ook steeds meer bezig met muziek en op een gegeven moment drijf je dan vanzelf een bepaalde richting op. Ik ben na een aantal jaren gestopt met mijn studie Geschiedenis aan de Erasmus universiteit. Na allerlei baantjes, onder andere bij Triple Vision (vinyl distributeur) heb ik zo’n negen jaar geleden besloten om full time met muziek aan de slag te gaan. Met vallen en opstaan heeft dat er uiteindelijk toe geleid dat ik er nu eindelijk goed van kan leven, al is dat natuurlijk nooit een garantie voor de toekomst. Maar zolang je je doet wat je leuk vind, komt het altijd wel goed.

Wel interessant om te horen dat je van romanschrijver naar harde techno bent gegaan! Tot slot, wat kunnen we verwachten van de avond?

Met Charlton heb ik natuurlijk al veel vaker gedraaid, maar Damcase heb ik nog niet vaak gehoord en kan zeker voor verrassingen zorgen. Hij is echt een unieke en super talentvolle artiest. De eerste tracks die ik van hem hoorde heb ik helemaal grijs gedraaid. Hij heeft een hele eigen vieze, smerige sound, heerlijk. Zijn nieuwe dubbel EP op MORD is net een paar weken uit en ik ben blij om hem op het label te hebben. Charlton en ik hebben allebei weer een wat andere sound, maar er zal sowieso lekker veel geweld zijn. Dat is de grootste kracht van de MORD avonden denk ik; de diversiteit van de artiesten. Maar er blijft altijd een rode draad in de muziek, en die rode draad is dan misschien wel mijn eigen, persoonlijke smaak.

Dank voor je tijd Bas en veel plezier in Stockholm!

Komt goed, ik zie jullie zaterdag!

Check het event hier.